Tijdens de Eurowijs lessen is er naast het maken van de opdrachten altijd veel tijd om met leerlingen in gesprek te gaan over geld. Welke kleur heeft jouw spaarpot of wie heeft er weleens geld gevonden? En ook de vraag wat zou jij doen met 1 miljoen?
Vol enthousiasme worden de antwoorden gedeeld. Het geduldig wachten op een beurt lukt vaak niet meer, omdat kinderen met glinsterende ogen hun dromen willen delen. Een nieuwe iPad, een luxe auto, een kaartje voor een Formule 1 race, op vakantie, een huisdier. Het komt allemaal voorbij. Allemaal heel verschillend maar met één overeenkomst. Deze dromen kosten geen 1 miljoen euro.
1 Miljoen euro. Een bedrag met 6 nullen. Wij als volwassenen weten hoeveel dit is. Maar als je de waarde van geld nog niet kent, dan zegt dit bedrag niet zoveel. Als we aan leerlingen vertellen dat je 2.500 iPads kan kopen voor 1 miljoen, dan wordt het al duidelijker. En als we vertellen dat als je € 2,50 zakgeld per week krijgt, het 7.500 jaar duurt voordat je 1 miljoen hebt dan valt het kwartje pas echt. 1 miljoen is echt heel veel.
Ik ben daarom enorm trots dat 1 miljoen leerlingen met het Eurowijs lesmateriaal hebben gewerkt. Omdat ik weet hoeveel 1.000.000 leerlingen zijn. Namelijk 18 keer een uitverkochte Arena of 30 keer een uitverkocht Gelredome. Wauw. Trots.
Leerlingen leren met omgaan met geld. Het heeft zoveel waarde, dat is eigenlijk niet in geld uit te drukken. Ik ben enorm dankbaar voor alle leerkrachten die aan de slag zijn gegaan met het lesmateriaal. En heb vooral veel zin om verder te gaan. Zodat we nog meer leerlingen bereiken en een steentje kunnen bijdrage aan de financiële zelfredzaamheid van iedereen.
Hoeveel is 1 miljoen?
